merijn oudenampsen on Mon, 13 Dec 2010 12:52:49 +0100 (CET) |
[Date Prev] [Date Next] [Thread Prev] [Thread Next] [Date Index] [Thread Index]
[Nettime-nl] 12 stellingen, 13 ongelukken |
*12 stellingen, 13 ongelukken* Een reactie op de 12 stellingen over Wikileaks van Geert Lovink en Patrice Riemens hier te lezen: http://www.nrc.nl/digitaleeditie/NH/2010/11/20101211___/2_01/article1.html Laat ik beginnen met te zeggen dat ik me over het algemeen zeer verwant voel met veel van de activiteiten en opinies van Geert Lovink en Patrice Riemens. Maar na het lezen van hun 12 stellingen over Wikileaks in de NRC van dit weekeinde, kreeg ik een slechte smaak in mijn mond en voelde ik me verplicht om te reageren. Mijn kritiek over de 12 stellingen gaat gedeeltelijk over de tekst zelf en gedeeltelijk over het functioneren van de tekst binnen de NRC en het huidige Wikileaks debat. (De in het NRC gepubliceerde tekst is een vertaling van de oorspronkelijke Engelse Wikileaks tekst van Lovink en Riemens: http://www.eurozine.com/articles/2010-12-07-lovinkriemens-en.html.) Het begint bij de titel: “Voor Wikileaks telt slechts de banaliteit van het spektakel.” Het lezen daarvan riep bij mij onmiddellijk ongeloof en verwarring op. Het is namelijk een even bizar als ongeloofwaardig statement. Daar gaat het Wikileaks niet om, daar moeten de auteurs van het stuk zich ook bewust van zijn. Wikileaks brengt al jaren dingen naar buiten zonder dat daar al teveel persspektakel bij kwam kijken. Assange is wat dat betreft een ouderwets romantisch denker, die gelooft in het openbaren van dé waarheid, die denkt dat het ondergraven van geheimhouding het ondergraven van (autoritaire) staatsmacht betekent. En misschien heeft hij daar wel een punt. Wat je daar ook van moge vinden, het blijft verre van 'banaal'. De titel is het soort reactionaire kul als we bij de Amerikaanse neoconservatieven zouden vinden. Pure karaktermoord. Het veegt alle politieke claims van Wikileaks van tafel, zonder daarvoor een goed argument te presenteren. *De NRC en Wikileaks* De titel is naar alle waarschijnlijkheid door de opinie-afdeling van de krant gemaakt (dit is nu bevestigd door de auteurs), want de auteurs heb ik hoger zitten dan dat. Nu is de NRC een overwegend elitaire, behoudende en 'Atlantische' krant. Het heeft de afgelopen twee weken opvallend negatief en terughoudend over Wikileaks bericht. Werden er mensen over Wikileaks aan het woord gelaten, dan waren dat bijna altijd tegenstanders, zoals diplomaten. Het ging de krant ook bijna nooit om de inhoud van de onthullingen maar in de meerderheid om de ophef rond Wikileaks en Assange zelf. In tegenstelling tot bijvoorbeeld de Volkskrant lijkt de NRC er een bewuste strategie op na te houden om de onthullingen van Wikileaks zoveel mogelijk te depolitiseren (dit weekeinde werden er bvb diplomatieke cables behandeld die 'literair' goed in elkaar staken). Nu lijkt me een vriendelijke omgeving - *the Guardian *of een tech-tijdschrift - een juiste plek voor het plaatsen van een Wikileaks kritiek. Echter het in deze krant plaatsen van een kritiek op Wikileaks (en daarbij Wikileaks bekritiseren zonder de positie van de NRC te fileren) is problematisch, want je wordt voor een karretje gespannen, de constructief bedoelde kritiek verwordt zo tot een anti Wikileaks-pamflet. Een waarheid achteraf maar toch. *Zelfcensuur* Niet alleen bij de NRC, maar in het overgrote gedeelte van de mondiale media zijn er* *interessante zelfcensuurpraktijken te zien naar aanleiding van Wikileaks. Het Midden Oosten en de Verenigde Staten gaan daarin het verst, de Europese media doen het iets subtieler. Eén praktijk werkt als volgt: we negeren zoveel mogelijk alle werkelijk relevante zaken (de diplomatieke malversaties van de VS in de VN, het Amerikaanse bombardement in Jemen etc) we rapporteren alleen over de banaliteiten (Berlusconi zijn seksfeesten, Gadaffi zijn Oekraïense blondine, Sarkozy als neuroot etc.). Vervolgens vragen de kranten zich 'onschuldig' af: zijn al deze banale onthullingen wel in het publieke belang? Is Wikileaks wel goed bezig? Een andere praktijk die we nu zien is alle aandacht te vestigen op Wikileaks en het juridische getouwtrek rond Assange in plaats van de onthullingen op de agenda te zetten. In vele gevallen is deze zelfcensuur eerder terug te voeren op luie journalistiek dan op een expliciete politieke agenda. Maar gevallen zoals de New York Times, dat opzettelijk informatie van Wikileaks verdraait en censureert om Washington te vriend te houden (zie http://www.counterpunch.org/porter12012010.html) is er ook. De kritiek op Wikileaks van Lovink en Riemens werkt op deze wijze mee aan de zelfcensuur praktijken in de media, door de verkeerde politieke vraag te stellen. Moeten wij ons werkelijk nu, op dit moment, zorgen maken over het democratische gehalte van Wikileaks, een organisatie van 10 personen die voornamelijk als doorgeefluik werkt naar gerespecteerde kranten, in plaats van die van de Amerikaanse overheid, haar mondiale diplomatieke machtsapparaat en het wereldwijde medianetwerk dat haar nog altijd veel te gedienstig is? Dit is de vraag waar het ons om zou moeten draaien. *Geheimhouding* De kern van hun kritiek op Wikileaks draait om wat zij duiden als een “minder smakelijk aspect van de hackerscultuur”. Het gaat hier om hackersidealisme dat gepaard gaat met “een voorkeur voor samenzweringen, een elitaire houding, en een cultuur van geheimhouding (om niet te zeggen neerbuigendheid).” In plaats daarvan zouden Lovink en Riemens liever een open organisatiemodel zien uit het web 2.0 tijdperk. Ik denk dat deze kritiek veel te kort door de bocht is en een problematische fout maakt. Zou deze cultuur van geheimhouding niet eerder voortkomen uit het feit dat Wikileaks gevolgd wordt door de CIA? De discussie over openheid moet zeker gevoerd worden, maar het lijkt me dat deze afweging een andere vorm aanneemt zodra er een levensgrote kans is van infiltratie. *Technologisch determinisme * Tenslotte is er nog de warrige conclusie van het artikel.”We denken niet dat het belangrijk is ons voor of tegen Wikileaks uit te spreken. Wikileaks zal gewoon blijven bestaan, totdat het zichzelf ten val brengt of wordt vernietigd door tegenkrachten.” Dat is één en al tegenstelling. Als het vernietigd wordt door 'tegenkrachten' is het misschien toch een idee om ons ervoor uit te spreken? Zeker als je even later vermeldt dat Wikileaks “een fantastische bijdrage heeft geleverd aan de zaak van de transparantie, democratie en openheid”. Na enig rondspeuren in het artikel kom je erachter dat de auteurs bedoelen dat zij ervan overtuigd zijn dat Wikileaks een logisch uitgroeisel is van de informatiesamenleving: “een eerste fase van een evolutie naar een veel algemenere cultuur van anarchistische openbaarmaking”. Ah, we kunnen dus gewoon lekker op de bank blijven zitten. Als Wikileaks ten onder gaat, komt er wel iets anders voor in de plaats. Het technologische tijdperk creëert tenslotte zelf de onthullingen. Het probleem van dit technologische denken is overduidelijk. Zodra we politieke analyse inruilen voor technologisch determinisme, vergeten we dat dit een politieke aangelegenheid is, dat er mensen in de gevangenis zitten op dit moment, en dat het vrije woord onze steun nodig heeft. Het lijkt mij zeer belangrijk ons voor Wikileaks uit te spreken. We moeten ons afvragen of er niet iets mis is met de huidige nieuwe media cultuur, als de enige politieke analyse die zij kan voortbrengen een oproep tot lethargie is. ______________________________________________________ * Verspreid via nettime-nl. Commercieel gebruik niet * toegestaan zonder toestemming. <nettime-nl> is een * open en ongemodereerde mailinglist over net-kritiek. * Meer info, archief & anderstalige edities: * http://www.nettime.org/. * Contact: Menno Grootveld (rabotnik@xs4all.nl).